HOE TSJAKKA IS RICHARD BRANSON NOU EIGENLIJK?
Deze week zag ik Richard Branson in het echt. En avonturier Bear Grylls. Twee ‘ultimate survivors’ die een Ziggo Dome gevuld met ondernemers kwamen volpompen met inspiratie. ‘Echt iets voor jou’, mailde mijn sympathieke opdrachtgever bij haar uitnodiging voor Inspiration360.
‘De avond gaat over slagen en mislukken en toch doorgaan. Veranderverhalen dus; precies waar jij mee bezig bent’
En zo kon het gebeuren dat ik 24 uur later, voorzien van een glas bubbels, naar een rond én draaiend podium tuurde, waar Cesar Zuiderwijk de sterren één voor één op drumde. Spektakel natuurlijk. Tel daar het vuur van interviewers Eva Jinek, Winston Gerschtanowitz en Twan Huys bij op, en je voelt echt wel prikkels ja. Zelfs ik, die zo prat gaat op haar liefde voor echtheid en de ‘gewone mens’.
Daarom was ik ook benieuwd wat zo’n sterrenavond met me zou doen
Of hun levenslessen me net zo zouden opzwepen als die van – zeg – de hulpverlener die onvermoeibaar vergeten jongeren van straat plukt om hen een toekomst te bieden. Of van de vrouw die, ondanks haar zieke man en hun kleine behuizing, besluit twee vluchtelingen op te vangen.
De veerkracht van dit soort ‘helden van alledag’ geeft me vleugels
Het is dan ook geen toeval dat ik er mijn vak van heb gemaakt om hun verhaal op te tekenen en anderen daarmee te inspireren. Lucky me.
Maar hee, dit keer zit ik bij de allesbehalve gewone Richard Branson. En is het sterpresentator Eva Jinek die hem confronteert met zijn indrukwekkende leven en loopbaan. Hoe een arm jongetje met dyslexie zo’n invloedrijke celeb met miljardenimperium kan worden? Bescheiden doet ‘doctor Yes’ zijn succesformule uit de doeken (die in het Engels nu eenmaal zoveel beter klinkt): be inventive, dare to ask, make people smile and love what they do.
Tot zover hang ik aan de lippen van deze relaxte, goedlachse man. Ik kan ook wel wat met zijn aansporingen. Sterker nog: volgens mij ben ik als ondernemer aardig bezig, hoe bemoedigend! Maar dan lanceert hij zijn truc die de ordinary zo onderscheidt van de extraordinary: screw it, just do it; dare to make blockbuster bets. En met die oneliner zet hij me weer met beide benen op de grond.
Want weet je, ik zie mijzelf gewoon niet in een impuls een vliegtuig of een eiland kopen. Of een luchtballon of ruimteschip
En dan ben ik heus de lulligste niet. Want ondanks gezin en hypotheek, wil ik hier en daar best wat zekerheden overboord gooien om verder te komen. Maar of dat nou de risico’s zijn die mij naar zo’n groots en meeslepend leven leiden?
Datzelfde distantiërende effect op mij heeft de charmante ‘overlevingskunstenaar’ Bear Grylls, die onlangs nog president Obama de wildernis rondleidde: zijn stoere verhalen over bergbeklimmingen en schorpioenen eten zijn, hoe vermakelijk ook, gewoon te tsjakka, te ver van mijn bed. Hoe kan ik me daar nou ooit mee identificeren? Wil ik dat überhaupt?
Groeien is zeker een ambitie van me. Van betekenis zijn voor anderen ook. Maar de levenslessen van deze goedbedoelende sterren helpen me daarbij geen steek verder.
Geef mij maar echte verhalen van echte mensen
Zonder bubbels en rode loper misschien, maar des te geloofwaardiger en raak.
Tekst: Teus Lebbing
Fijn om te lezen Teus.. Ik zat even naast je.. En ja, geloof zeker liever een ontmoeting met echte ‘gewone’ inspirator.
Dat gevoel heb ik dus ook altijd bij dit soort succesverhalen. Niet iedereen kan topvoetballer zijn, of bestsellerauteur of directeur van een miljardenimperium…
Daarom zijn jouw “gewonemensenverhalen” zo interessant. We kunnen ons met hen identificeren en herkennen onze doelen en bescheiden ambities in hun verhalen.
Wat ik ook vaak mis, is het falen – wat ging er dan zoal fout en hoe leerden zij ervan? Dat is juist de kennis en motiviatie die wij nodig hebben om door te gaan als we weer eens twijfelen aan ons eigen kunnen.
Je hebt dit toch maar weer mooi verwoord en meteen reclame gemaakt voor je eigen zaak!
Ik geloof dat ik het gewoon helemaal met je eens ben!
Zeer herkenbaar, Teus. De “just do it”-mentaliteit, en dan met name de veelgehoorde uitspraak: “If you really want it, you can make anything happen” vind ik zelf uitermate vermoeiend. Daarbij klopt het gewoon niet. Heel erg veel mensen werken jarenlang keihard om iets te bereiken en het lukt ze nooit. De kunst is niet om oogkleppen op te doen en door middel van cognitieve dissonantie de hoop levend te houden (“De yeti moet wel bestaan, ik doe immers al jaren onderzoek naar hem!”) maar om deze tegenslag te accepteren en een andere manier te zoeken om tevreden te kunnen zijn. Geef mij maar jouw verhalen!