GENIETEN VAN MIJN VRIJHEID

‘Als er iets is, dan kom je bij ons hè? Je kunt hier altijd terecht.’ Het zijn de gevleugelde woorden van mijn geliefde tante. Of het nu live was of per telefoon, dit is hoe ze afscheid van me nam. Als een mantra bijna, die ik – zeker toen ik geen ouders meer had – telkens weer dankbaar in mijn oren knoopte. Gevolgd door een warm gevoel van geborgenheid.

Nu zitten we naast elkaar op haar verpleeghuisbed. En ik zou niets liever willen dan haar datzelfde gevoel teruggeven

Hevig dementerend, kreeg ze deze week een ‘crisisbed’ op een gesloten afdeling toegewezen. Er was acute nood, maar nergens een plek te bekennen natuurlijk. Vandaar dat ze ‘buiten de regio’ is beland, tussen de bollenvelden.

Het blijkt een prima opvang, maar prima of niet, mijn tante begrijpt er niets van. ‘Hoe kan dit toch’, vraagt ze keer op keer. ‘Wat doen ze allemaal met me? Ik kan net zo goed weer naar Indië gaan.’

Ik vermoed dat ze daarmee de Japanse kampen bedoelt, waar ze als meisje gevangen zat. In flarden lijken de jeugdherinneringen door haar hoofd te spoken; in haar ogen zie ik pure verwarring en angst.

Vier jaar eerder was het mijn moeder die me zo aankeek. Precies diezelfde blik. En weer die onmacht, aan beide kanten

Want net zo min als mijn moeder, kan ik nu mijn tante geruststellen. ‘Je hebt de beste zorg nodig en die krijg je hier.’ ‘We komen zo vaak mogelijk bij je langs en gaan dan lekker tosti’s eten.’ Het zijn loze antwoorden die niet beklijven.

Hoe doe je een dierbare beseffen dat ze in een verpleeghuis op haar plek is? Daar is geen manier voor, weet ik inmiddels.

Dus staak ik mijn pogingen. En huil met mijn tante mee. Een stevige omhelzing lijkt ons ook allebei goed te doen. We kijken uit haar grote raam en verbazen ons samen over de fietsers die zich door wind en regen ploeteren. We bestuderen de familiefoto’s die naast haar bed staan; sommige gezichten herkent ze, andere niet. En we snoepen van de reep pure chocola met hazelnoot waar we allebei zo van houden.

En dan is het tijd voor mij om op te stappen.
‘Ik ga nu de kindjes ophalen, tante’, zeg ik met een knoop in mijn maag.
‘Kindjes? O ja..’, glimlacht ze. ‘En blijf ik dan hier?’
‘Ja, maar ik kom gauw weer bij je aanwaaien’, beloof ik.
Even is het stil. En dan besluit ze, met de resolute stem die ik ken van vroeger:
‘Geniet maar van je vrijheid.’

 

Tekst: Teus Lebbing, www.abrandnewstory.nl

 


 

Meer lezen over wat contact met de oudste generatie je kan brengen? Ik schreef ook: ‘Traag walhalla’ ‘Hoezo zijn ouderen nutteloos en duur?’ ‘Voor je het weet, verlies je de verbinding en ‘Geen bullshit meer’ .

 

Of lees de interviews in de serie ‘Portie veerkracht’: 

1 – Louky Blitz: ‘Als ik lief was, hielden mensen van me’

2 – Ron Renooij: ‘Door emoties te lozen, kreeg ik weer lucht om verder te gaan’

3 – Fokke Wijnstra: ‘Van dat strijden ben ik afgekickt’

4 – Carla Benjamins: ‘Ook een stoer mens als ik kan eenzaam zijn’

5 Rita Cast: ‘Het verdriet blijft, maar ik kan me wel weer gelukkig voelen’

6 – Paul van Tongeren: ‘Zo’n drive had ik nooit gehad als de oorlog me niet was overkomen’